zondag 29 mei 2011

'Iedereen heeft hetrecht beledigd te worden'

Interview Comedycafe The Joker, broedplaats van komisch talent, bestaat 5 jaar

ANTWERPEN - Het Antwerpse comedycafé The Joker bestaat vijf jaar. Van Alex Agnew tot Theo Maassen, bekend of beginnend: zowat alle Vlaamse en Nederlandse komieken hebben er intussen op het kleine podium gestaan.

Van onze medewerker

Een rokerige (tenminste tot 1 juli) kroeg met helemaal in de verste hoek, naast de deur naar het toilet, een klein podium. Rinkelende glazen en schuivende stoelen. De volgestouwde bergruimte naast de bar dient ook als 'backstage'. Het was ooit de natuurlijke biotoop van stand-upcomedy.

The Joker is de enige plaats waar die 'traditie' nog gecultiveerd wordt. Dat is wellicht ook de reden dat cabaretiers en stand-upcomedians er zo graag optreden, voor amper vijftig toeschouwers. Zoals grote rockbands kunnen verlangen naar kleine jeugdclubs, zo staan geboren komieken af en toe nog eens graag mee aan de toog, al was het maar om hun nieuw materiaal uit te proberen.

Fokke van der Meulen nam het café aan de Kleine Markt in 2006 over, samen met Yasmine Van Suetendael, de vriendin van Alex Agnew. Die connectie leidde als vanzelf naar het idee om er een comedycafé van te maken. Fokke was ook bevriend met Nigel Williams, Adriaan Van den Hoof en andere comedians en die kwamen met plezier een setje spelen in The Joker.

Vijf jaar later is Fokke van der Meulen uitgegroeid tot een van de sterkhouders van het Vlaamse comedylandschap. Behalve cafébaas en genadeloze MC is hij ook organisator van workshops en speelt hij voor verscheidene komieken een dankbaar klankbord.

Van der Meulen, een Nederlander die sinds 1992 in België woont, had vroeger twee helden: Urbanus en Freek de Jonge. 'In de jaren 1980 was Urbanus heel groot in Nederland. Iedereen van mijn generatie kent Urbanus en vond hem destijds ook supergrappig. Ik heb op school ooit nog een playbackwedstrijd gewonnen met “Hittentit,.'

'Ik heb Urbanus intussen een paar keer ontmoet en het is ook een grappige, aimabele vent. Ik zag hem backstage in het Sportpaleis bij Alex (Agnew, red). Hij vertelde de enige Engelse mop die hij kent aan Steve Hughes, die het voorprogramma deed. Man, dat was om je te besterven. Zo grappig.'

Maar wel het tegendeel van Freek de Jonge.

'Urbanus is natuurlijk veel clownesker, maar in de shows van Freek zaten toen ook uitgesproken clowneske stukken. Ik heb hem voor het eerst bewust gezien in 1989. In die show duwde hij op een bepaald moment een banaan in zijn neus. Waarna dan wel weer een maatschappijkritische passage volgde. Dat is de grote kracht van Freek de Jonge, dat hij inhoudelijk sterk is en toch de flauwekul niet schuwt. Hij heeft de wetten van het cabaret herschreven.'

Wat is het verschil tussen cabaret en stand-upcomedy?

'Stand-upcomedy is een microfoon vastpakken en gaan. Dat kan in een klein café of in een grote zaal. Een cabaretvoorstelling heeft meestal een rode draad, een liedje, soms een typetje. Het is een theatrale discipline. Stand-up is puurder. Maar dat onderscheid is niet altijd even duidelijk. Vroeger was ik daar strenger in. Het móést stand-up zijn. Maar dat is natuurlijk onzin. Uiteindelijk telt maar één ding: is het om te lachen of niet?'

Je ontvangt regelmatig bekende Nederlandse cabaretiers in The Joker. Hoe overtuig je hen om naar Antwerpen te komen?

'Wim Helsen, die veel in Nederland speelt, heeft geregeld dat ik hier na een paar maanden al Lebbis had staan, mijn favoriete Nederlandse comedian. Op dezelfde manier konden we een jaar later Theo Maassen programmeren. Niet slecht voor een klein cafeetje. Het moet zijn dat die mannen hier graag komen.'

'Het is voor de grote namen ook niet evident om een try-out te houden in kleine zalen, waar het publiek soms niet eens weet dat het om een try-out gaat. Hier kent iedereen het concept van de try-out en maakt het niet zoveel uit dat je eens op je bek gaat, of een minuut stilte laat vallen. The Joker is gewoon een goede broedplaats waar je dingen kunt uitproberen.'

Welke comedians zijn hun carrière in The Joker begonnen?

'Jeroen Leenders. Bart Cannaerts. Ter Bescherming van de Jeugd was nog een trio toen ze hier voor het eerst verschenen als duo, en later ook zo zijn doorgegaan. Liesje Lefever had nog maar twee keer opgetreden, en Xander De Rycke niet veel vaker. De meeste comedians die nu de dienst uitmaken, zijn hier wel eens gepasseerd, 'szondags, op de vaste comedyavond, of 'swoensdags, op de Open Mic.'

Welke criteria hanteert u als programmator?

'Voor de Open Mic zijn er geen selectiecriteria. Op zondag heb je wel een soort kwaliteitsgarantie. Dan is er in principe altijd iets goeds te zien.'

Kan die kwaliteit ook populair zijn? Maakt u een onderscheid tussen comedy voor het grote publiek en voor 'kenners' of meerwaardezoekers?

'Nee. Bij mij is iedereen welkom, zeker de gevestigde namen. Laat de mensen maar bepalen of ze het goed vinden. Mijn smaak moet niet bepalend zijn voor het programma. Neem Guga Baùl, bekend van Tegen de sterren op. Ik ben normaal geen grote fan van imitaties, maar die man heeft wel een supergoede show gespeeld in The Joker. Zo heb ik heb mijn vooroordelen al vaak moeten herzien.'

Hebt u wel eens inhoudelijke bezwaren tegen bepaalde comedians? Mogen ze van u naar hartenlust racistische en seksistische grappen uitbraken?

'Het heeft veeleer te maken met onderwerpen die ik wel gehad heb. Ik ben de eerste om een racistische grap te vertellen, maar ik ben dan ook geen comedian. Als een comedian een racistische grap vertelt, moet het al een hele goeie zijn, in een bepaalde context. Racistische moppen zijn de schoonmoedermoppen van weleer en daar ben ik wel klaar mee.'

Nederlanders verbazen zich vaak over de onbeschaamd racistische humor die je hier hoort.

'Je kunt met zulke grappen gemakkelijk scoren. Comedians die niet te diep willen graven of het publiek willen geven wat ze willen horen, kunnen altijd terugvallen op racistische en seksistische humor. In Nederland zijn ze inderdaad politiek correcter, maar daar ben ik zeker geen voorstander van. Als het maar grappig is, en ik vind die neger- en Marokkanengrappen meestal juist niet grappig.'

'Als ik zie dat een comedian het meent, haak ik af. Om humor te bedrijven, moet je een bepaalde intelligentie hebben, en een gezonde dosis zelfrelativering, zaken die absoluut niet te rijmen vallen met racisme. Als je een klein beetje nadenkt over de dingen, zeg je niet: ik ben wit, en daarom ben ik beter dan die bruine. Je mag van mij best een racistische mop maken, als je die vervolgens maar onderuit haalt, of jezelf onderuit haalt.'

'Kijk naar Alex. Die maakt alle soorten grappen en dan klopt het weer. Voor al die grappen geldt namelijk: it's only a joke. Als we gaan beginnen met een ban op bepaalde onderwerpen, blijft er op de duur niets meer over. Iedereen heeft het recht om beledigd te worden. Als jij je beledigd voelt, heb jij een probleem en niet de comedian.'

Ik merk dat seksgrappen nog altijd behoorlijk wat mensen choqueren.

'Over iets wat alle mensen bezighoudt en waarover de kranten alle dagen vol staan - Berlusconi, Strauss-Khan - moet je toch gewoon grappen kunnen maken? Dat hoeven heus geen platte moppen te zijn. “Plat, betekent voor mij: te voor de hand liggend, te gemakkelijk. Alex Agnew had het op het einde van zijn vorige show over kak en kots, maar dat was een vorm om aan te tonen dat hij de vrouw van zijn leven had gevonden. Als je die tweede laag niet wil zien, heb je er niks van begrepen.'

'We moeten eerlijk zijn: de grote massa vindt seksgrappen meestal het grappigst. Zoals Bill Hicks altijd zei: “Don't worry, penis joke 's coming up!, Dat willen de mensen graag horen, dus ga je dat ook vertellen. Het mooiste is natuurlijk als er onder die penisgrappen een ander verhaal zit, maar intussen heb je het publiek wel opgewarmd.'

'Ken je de Amerikaanse komiek Gilbert Gottfried? Die vertelt alleen maar platte, slechte seksgrappen. Vind ik hilarisch. Het hoeft niet altijd Nigel Williams of George Carlin zijn. Zo ben ik ook een grote fan van Tony Bell, de Antwerpse moppentapper aan de toog. Zo heette ook een van zijn platen: Moppen aan de toog. Ik heb alle platen van Tony Bell. Toen hij in 2006 overleed, hebben we in The Joker zelfs een tribute-avond rond hem georganiseerd.'

Wordt u nog geraakt door de kritiek die comedy wel eens krijgt uit intellectuele hoek? Van Kristien Hemmerechts bijvoorbeeld?

'Ik vind het raar dat die mensen die tweede laag van Alex of andere comedians niet zien. Ben je dan wel een intellectueel? Willen zij dan bepalen achter welke kunst je een tweede laag mag zoeken, zoals ze toch zo graag doen, en achter welke niet? Wat plat is en wat niet? Wim Helsen wel en Alex Agnew niet? Nee, bedankt. Ik maak zelf wel uit wat ik grappig vind.'

The Joker Birthday Party, vrijdag 27 mei in KAVKA, Antwerpen. Met onder anderen Nigel Williams, Adriaan Van den Hoof, Han Solo en Alex Agnew

Geen opmerkingen: